Maria
Mijn man en ik waren in 1996 op vakantie op het eiland Malta, tijdens Maria-Hemelvaart (of Maria-Tenhemelopneming). De Rooms Katholieke Kerk viert elk jaar op 15 augustus dat Maria door God in de hemel werd opgenomen. In diverse landen is het een officiële feestdag, bijvoorbeeld in België en Frankrijk. Ook op Malta waren alle winkels dicht. Tussen mijn vakantiefoto’s zitten nog foto’s van het feest en zelfs een folder voor toeristen. Het feest van Maria-Hemelvaart heeft indruk gemaakt op me, vooral de emotie van de bewoners van Malta. De mensen huilden, wanneer het Mariabeeld de kerk uitgedragen werd en ik als ‘refo’, stond er verbaasd naar te kijken en begreep er niets van. Ik ben me altijd af blijven vragen wat Maria betekent voor Rooms Katholieken. Toen vorig jaar het boek verscheen van een protestants theoloog over Maria, heb ik dat dan ook meteen gekocht, maar ik ben het nu pas aan het lezen. Ik vind het erg boeiend en omdat de adventstijd is begonnen, bedacht ik dat ik nu wel een paar blogs over Maria kan schrijven.
Geboorte-aankondiging
Dat Jezus waarschijnlijk niet in december is geboren, laat ik in deze blog voor wat het is. Op deze website van de EO, kun je daar meer over lezen.
De geboorte van Jezus begint met de aankondiging daarvan. In het eerste hoofdstuk van het evangelie van Lukas lezen we dat God de engel Gabriël naar Maria zond, om haar te vertellen dat ze zwanger zou worden.
In de zesde maand zond God de engel Gabriël naar de stad Nazaret in Galilea,
Lukas 1:26-31 NBV21
naar een meisje dat was uitgehuwelijkt aan een man die Jozef heette, een afstammeling van David. Ze heette Maria en ze was nog maagd.
Gabriël ging haar huis binnen en zei: ‘Gegroet Maria, je bent begenadigd, de Heer is met je.’
Ze schrok hevig bij het horen van zijn woorden en vroeg zich af wat die begroeting te betekenen had.
Maar de engel zei tegen haar: ‘Wees niet bang, Maria, God heeft je zijn gunst geschonken.
Luister, je zult zwanger worden en een zoon baren, en je moet Hem Jezus noemen.
Maria vraagt niet om een teken als bewijs, zoals Zacharias deed. Ze vroeg wel meteen hoe dit zou gebeuren, want ze was nog maagd. De engel vertelde haar dat de Heilige Geest over haar zou komen en de kracht van de Allerhoogste haar zou overschaduwen. Het kind dat Maria zou baren, is de Zoon van God. Maria zei tegen de engel: ‘De Heer wil ik dienen: laat er met mij gebeuren wat u hebt gezegd.’ Toen de engel weg ging, reisde Maria snel naar haar nicht Elisabeth in Judea. De engel had haar verteld dat Elisabeth ook zwanger was en Maria wilde vertellen van haar eigen zwangerschap.
De lofzang van Maria
Toen Maria bij haar nicht Elisabeth aankwam en Elisabeth de groet van Maria hoorde, sprong het kind van vreugde op in haar buik. Dan zingt Maria haar lofzang. Je kunt het ook een lied of psalm noemen. Maria zingt over wat God voor haar heeft gedaan, dat Hij naar haar heeft omgezien. God staat centraal in de lofzang. De zwangerschap of haar kind wordt niet genoemd. De lofzang bestaat uit citaten van psalmen en andere teksten uit het Oude Testament en lijkt veel op de lofzang van Hanna.
46 En Maria zei: Mijn ziel maakt de Heere groot,
Lukas 1:46-55 HSV
47 en mijn geest verheugt zich in God, mijn Zaligmaker,
48 omdat Hij heeft omgezien naar de nederige staat van Zijn dienares. Want zie, van nu aan zullen alle geslachten mij zalig spreken,
49 want Hij Die machtig is, heeft grote dingen aan mij gedaan en heilig is Zijn Naam.
50 En Zijn barmhartigheid is van geslacht tot geslacht over hen die Hem vrezen.
51 Hij heeft een krachtig werk gedaan door Zijn arm. Hij heeft hen die hoogmoedig zijn in de gedachten van hun hart, uiteengedreven.
52 Hij heeft machtigen van de troon gestoten en nederigen heeft Hij verhoogd.
53 Hongerigen heeft Hij met goede gaven verzadigd en rijken heeft Hij met lege handen weggezonden.
54 Hij heeft het opgenomen voor Israël, Zijn knecht, door aan Zijn barmhartigheid te denken,
55 zoals Hij gesproken heeft tot onze vaderen, tot Abraham en zijn nageslacht, tot in eeuwigheid.
1 Toen bad Hanna en zei: Mijn hart springt op van vreugde in de HEERE, mijn hoorn is opgeheven in de HEERE; mijn mond is wijd open tegen mijn vijanden, want ik verheug mij in Uw heil.
1 Samuël 2:1-10 HSV
2 Er is niemand zo heilig als de HEERE, want er is niemand buiten U, en er is geen rotssteen als onze God.
3 Spreek toch niet steeds zo bijzonder hoogmoedig, en laat niets hooghartigs uit uw mond gaan; want de HEERE is een alwetend God, en Zijn daden zijn recht.
4 De boog van de sterken is gebroken, maar zij die struikelden, zijn met kracht omgord.
5 Zij die verzadigd waren, hebben zich om brood verhuurd, maar zij die hongerig waren, zijn het niet meer. Zelfs de onvruchtbare heeft er zeven gebaard, maar zij die veel kinderen had, is verkommerd.
6 De HEERE doodt en maakt levend, Hij doet in het graf neerdalen en Hij doet daaruit opkomen.
7 De HEERE maakt arm en maakt rijk, Hij vernedert, ook verhoogt Hij.
8 Hij verheft de geringe uit het stof; uit het vuil verhoogt Hij de arme om hen bij edelen te doen zitten, om hen een erezetel te laten verkrijgen. Want de grondvesten van de aarde zijn van de HEERE en Hij heeft de wereld daarop geplaatst.
9 Hij zal de voeten van Zijn gunstelingen bewaren, maar de goddelozen zullen zwijgen in de duisternis, want een man is niet sterk door eigen kracht.
Magnificat
Zij legde een gelofte af; zij zei: HEERE van de legermachten, wanneer U werkelijk de ellende van Uw dienares aanziet, aan mij denkt en Uw dienares niet vergeet, maar aan Uw dienares een mannelijke nakomeling geeft, dan zal ik die voor al de dagen van zijn leven aan de HEERE geven, en er zal geen scheermes op zijn hoofd komen.
1 Samuël 1:11 HSV
Magnificat is het eerste woord in de Latijnse vertaling van de lofzang van Maria. Magnificat betekent ‘maakt groot’. Maria begint met God te danken. De reden van Maria’s lofzang is, omdat God naar haar nederige staat heeft omgezien. In de StudieBijbel Online las ik dat dit komt uit 1 Samuël 1:11, waar Hanna, God vraagt om te zien naar de ellende van zijn dienares en haar nageslacht te geven. De nederige staat van Maria is niet haar kinderloosheid, maar haar lage sociale positie. Ze was jong, arm en ongetrouwd. Maar nu wordt zij de moeder van Jezus, de zoon van God en zal ze voor altijd gelukkig geprezen worden.
Dat God naar Maria omziet en dat zij de zoon van God zal baren, is onderdeel van het heilsplan van God. Zijn barmhartigheid is niet alleen voor Maria, maar ook Abraham als stamvader van het volk Israël. Zijn trouw is van geslacht tot geslacht. God is trouw aan Zijn verbond met Israël.
Een psalm van David. Loof de HEERE, mijn ziel, en al wat in mij is, Zijn heilige Naam.
Psalm 103:1 HSV
Wie is als de HEERE, onze God? Die zeer hoog woont,
Psalm 113:5-8 HSV
Die zeer laag ziet, in de hemel en op de aarde;
Die de geringe opricht uit het stof, de arme verheft uit het vuil,
om hem te doen zitten bij edelen, bij de edelen van Zijn volk;
Die de onvruchtbare doet wonen in haar gezin: een blijde moeder van kinderen. Halleluja!
Magnificat | Sela
Luther over (de lofzang van) Maria
Luther vertaalde in 1520/1521 de lofzang van Maria en schreef er een uitleg over. A. Huijgen schrijft in zijn boek dat Luther wel los van Rome raakte, maar niet van Maria. Luther noemt Maria in zijn uitleg: ‘hooggeprezen jonkvrouw’, ‘de tere moeder van Christus’, ‘de zalige jonkvrouw’ en ‘moeder Gods’. Luther schrijft in zijn uitleg ‘We moeten we Maria aanroepen, dat God door haar wil geven en doen wat wij bidden, dus net zoals alle andere heiligen aangeroepen kunnen worden.’ Later neemt Luther wel afstand van de Maria-verering.
Er bestaan zeven Mariafeesten in de Rooms Katholieke Kerk:
- 1 januari – Maria, Moeder van God
- 8 december – Maria Onbevlekt Ontvangen
- 31 mei – Maria Visitatie – Feest van het bezoek van Maria aan Elizabeth
- 25 maart – Maria Boodschap – Annunciatie
- 2 februari – Maria Lichtmis – Feest van de reiniging van Maria in de tempel – Presentatie van Christus in de tempel.
- 15 augustus – Maria Tenhemelopneming
- 15 september – Onze Lieve Vrouw van Smarten
Luther stond alleen de Mariafeesten toe waarbij het alleen om Christus ging en niet alleen om Maria: de Maria Boodschap (Annunciatie), de Maria Visitatie en de Maria Lichtmis.
Het Magnificat of de lofzang van Maria heeft een vaste plek in de Rooms-Katholieke vespers en in het avondgebed van de Anglicaanse Kerk (evensong). A. Huijgen schrijft dat er geen reden is voor protestanten, om de lofzang van Maria alleen in de adventstijd te zingen. Over de drie Mariafeesten die Luther liet bestaan schrijft Huijgen dat door hierbij stil te staan, er meer aandacht komt voor de genade die God schonk, aan Maria en ook aan de wereld. De annunciate verdient volgens Huigen vooral de aanbeveling. Het is een feest op de grens van het Oude en Nieuwe Testament.