Baruch
De profetieën van Jeremia zijn al opgeschreven in de tijd dat hij leefde. Baruch hielp hem daarbij. Hij schreef op wat Jeremia hem vertelde.
Toen riep Jeremia Baruch, de zoon van Neria. En Baruch schreef uit de mond van Jeremia al de woorden van de HEERE die Hij tot hem gesproken had, op de boekrol.
Jeremia 36:4 HSV
Baruch zei tegen hen: Met zijn [eigen] mond deelde hij mij al deze woorden mee, terwijl ik ze met inkt op deze boek[rol] schreef.
Jeremia 36:17-18 HSV
Baruch heeft de profetieën van Jeremia zelfs twee keer opgeschreven. Koning Jojakim ergerde zich zo, dat hij de (eerste) boekrol van Jeremia in stukken heeft gesneden en verbrand.
Terwijl de koning [in] het winterpaleis zat – het was de negende maand – met vóór hem een brandend kolenbekken, gebeurde het, zodra Jehudi drie of vier kolommen had voorgelezen, [dat de koning] ze met een schrijversmes afsneed en in het vuur wierp dat in het kolenbekken was, totdat heel de rol verteerd was in het vuur dat in het kolenbekken was.
Jeremia 36:22-23 HSV
Toen kwam het woord van de HEERE tot Jeremia, nadat de koning de rol met de woorden [die] uit de mond van Jeremia [kwamen], die Baruch had opgeschreven, had verbrand: Neem u weer een andere rol en schrijf daarop al de vorige woorden die op de vorige rol stonden, die Jojakim, de koning van Juda, verbrand heeft,
Jeremia 36:27-28 HSV
Baruch schreef alles nog een keer op en zelfs nog méér profetieën. Na de val van Jeruzalem kwamen er nog gebeurtenissen van vlak voor de verwoesting bij.
Toen nam Jeremia een andere rol en gaf die aan de schrijver Baruch, de zoon van Neria. Deze schreef daarop uit de mond van Jeremia al de woorden van de boek[rol], die Jojakim, de koning van Juda, in het vuur had verbrand. Nog vele woorden als deze werden eraan toegevoegd.
Jeremia 36:32 HSV
Indeling
Het boek Jeremia is lastig in te delen. Het bevat verhalen en profetieën. Het persoonlijke verhaal van Jeremia en verhalen over de diverse koningen, maar niet in historische volgorde. De profetieën over koningen en de heidenvolken staan ook niet op chronologische volgorde. Je zou het boek in tweeën kunnen delen: hoofdstuk 1-39 vóór de val van Jeruzalem en hoofdstuk 40-52 ná de val van Jeruzalem.
Stijl van het boek Jeremia
De verschillende stijlen van het boek Jeremia volgens de HSV-Studiebijbel zijn:
- roepingsverhaal
- verbondsproces
- jammerklacht (‘jeremiade’)
- doemgedicht
- satire
- prediking
- oordeelsprofetie
- heilsprofetie
- memoires
- klaaglied of treurzang
- monoloog
- profetische les
- voorzegging
- Messiaanse profetie
- brief
- gebed
- reddingsverhaal
- moordverslag
- oordeelsgeschiedenis
Het hart van God
Het grootste deel van Jeremia is in dichtvorm geschreven. Poëzie is een taal van het hart. Jeremia laat zijn gevoelens en emoties zien. Je zou over Jesaja kunnen zeggen dat hij boven het volk staat en over Jeremia dat hij met hen mee lijdt. We kunnen van Jeremia leren dat we alles tegen de Here God kunnen zeggen. David Pawson schrijft, dat wanneer God in poëzie spreekt, Hij met ons deelt wat in Zijn hart is.
Want zo zegt de HEERE:
Jeremia 31:7-9 HSV
Zing vrolijk over Jakob, met blijdschap!
Juich om het hoofd van de heidenvolken!
Laat het horen, prijs Hem en zeg:
Verlos Uw volk, HEERE,
het overblijfsel van Israël.
Zie, Ik doe hen komen
uit het land van het noorden,
Ik zal hen bijeenbrengen van de uithoeken van de aarde;
onder hen zijn blinden en verlamden,
zwangeren en barenden met elkaar:
met een grote menigte zullen zij hierheen terugkomen.
Onder geween zullen zij komen,
onder smeekbeden zal Ik hen leiden.
Ik zal hen doen gaan naar waterbeken,
op een rechte weg, waarop zij niet zullen struikelen,
want Ik ben Israël tot een Vader,
en Efraïm – Mijn eerstgeborene is hij.