INHOUDSOPGAVE
Wie was Jakobus?
Er zijn vijf personen in het Nieuwe Testament met de naam Jakobus. Waarschijnlijk is de schrijver van dit boek, Jakobus, de (half)broer van Jezus. Jakobus geloofde pas ná Zijn opstanding dat Jezus de Zoon van God was.
Want ook Zijn broers geloofden niet in Hem.
Johannes 7:5 HSV
Na Zijn opstanding verscheen Jezus aan hem. Sinds die tijd noemde Jakobus zich een dienstknecht (doulos) van Jezus en hoorde hij bij de volgelingen van Jezus.
Daarna is Hij verschenen aan Jakobus, daarna aan alle apostelen.
1 Korinthe 15:7 HSV
Hij wachtte op de komst van de Heilige Geest, met de andere discipelen.
En toen zij [in Jeruzalem] gekomen waren, gingen zij naar de bovenzaal en bleven daar, [namelijk] Petrus en Jakobus en Johannes en Andreas, Filippus en Thomas, Bartholomeüs en Mattheüs, Jakobus, [de zoon] van Alfeüs, en Simon Zelotes, en Judas, [de broer] van Jakobus.
Handelingen 1:13 HSV
Al snel werd hij een belangrijke leider van de gemeente in Jeruzalem. In Handelingen 15 is hij voorzitter van de oudstenraad in Jeruzalem en moet leiding geven in een groot meningsverschil over de besnijdenis.
En hij gebaarde hun met de hand dat zij zwijgen moesten, en hij vertelde hun hoe de Heere hem uit de gevangenis geleid had en zei: Vertel dit aan Jakobus en de broeders. En hij ging naar buiten en reisde naar een andere plaats.
Handelingen 12:7 HSV
En toen zij zwegen, antwoordde Jakobus: Mannenbroeders, luister naar mij.
Handelingen 15:13 HSV
De volgende dag ging Paulus met ons naar Jakobus. En al de ouderlingen waren daar gekomen.
Handelingen 21:18 HSV
En toen Jakobus, Kefas en Johannes, die geacht werden steunpilaren te zijn, de mij gegeven genade erkenden, gaven zij mij en Barnabas de rechter[hand] van gemeenschap, opdat wÍj naar de heidenen en zÍj naar de besnedenen [zouden gaan].
Galaten 2:9 HSV
Jakobus is in 62 na Christus gedood door Joodse leiders, vanwege zijn geloof in Jezus. De brief moet dus voor 62 na Christus zijn geschreven.
Aan wie is de brief geschreven?
Jakobus, een dienstknecht van God en van de Heere Jezus Christus, aan de twaalf stammen die in de verstrooiing zijn: wees verheugd!
Jakobus 1:1 HSV
De brief is geschreven aan Joodse christenen, want er wordt verwezen naar beelden en gebruiken uit het Oude Testament en het woord ‘synagoge’ wordt gebruikt als de plaats waar ze samenkomen.
Hij is geschreven aan de twaalf stammen in de verstrooiing (diasporāi). Het kan gaan om Joden die buiten Israël woonden, maar het kan ook gaan om Joden die vanwege hun geloof in Jezus zijn gevlucht.
De stijl van het boek
En als iemand van u in wijsheid tekortschiet, laat hij [die dan] vragen aan God, Die aan ieder overvloedig geeft en geen verwijten maakt, en ze zal hem gegeven worden.
Jakobus 1:5 HSV
De HEERE geeft immers wijsheid, uit Zijn mond [komen] kennis en inzicht.
Spreuken 2:6 HSV
De stijl van de brief lijkt op de wijsheidsboeken/wijsheidsliteratuur uit het Oude Testament: Job, Spreuken, Prediker en Klaagliederen. Het is een verzameling van spreuken. Wijsheid is in de Bijbel niet kennis van iets, maar de toepassing van kennis in de praktijk van het leven. Wijsheidsliteratuur bevat vaak hyperbolen (overdrijvingen) en metaforen (beeldspraak).
Geboden
Van de 108 verzen in deze brief, zijn er 50 gebiedende wijs (geboden).
Net als de profeten in het Oude Testament veroordeelt Jakobus de zonden van de mensen en zegt hij dat ze het geloof serieus moeten nemen. Jakobus wordt ook wel de ‘Amos van het Nieuwe Testament’ genoemd, vanwege zijn preken tegen onrechtvaardigheid en sociaal onrecht.
leer goed te doen, zoek het recht! Help de verdrukte, doe de wees recht, bepleit de rechtszaak van de weduwe!
Jesaja 1:17 HSV
De zuivere en onbevlekte godsdienst voor God en de Vader is dit: wezen en weduwen bezoeken in hun verdrukking en zichzelf onbesmet bewaren van de wereld.
Jakobus 1:27 HSV
BibleProject – Overview: James
Jakobus over Jezus Christus
In vergelijking met andere schrijvers van het Nieuwe Testament zegt Jakobus weinig over Christus. De naam van Jezus Christus wordt maar twee keer genoemd in Jakobus (1:1 en 2:1) en in 5:7 over de komst van de Heere. Maar veel thema’s uit de brief van Jakobus komen overeen met het onderwijs van Jezus, vooral uit de Bergrede.

Thema’s van de brief
De brief is lastig in te delen. Jakobus gaat van het ene naar het andere onderwerp en komt er later weer op terug. In het eerste hoofdstuk staan veel veel thema’s die ook verder in de brief weer aan de orde komen. Thema’s van de brief zijn:
- volharding in verzoeking en beproeving
- wijsheid
- gebed
- rijkdom en armoede
- geloof
- de tong
- apocalyptische teksten
Volharding in verzoeking en beproeving
Acht het enkel vreugde, mijn broeders, wanneer u in allerlei verzoekingen terechtkomt, want u weet dat de beproeving van uw geloof volharding teweegbrengt.
Jakobus 1:2-3 HSV
David Pawson schrijft dat God ons nooit zal verleiden, maar ons wel op de proef zal stellen. Het verschil is dat je mensen beproeft in de hoop dat ze het zullen doorstaan en je verleidt mensen in de hoop dat ze ervoor zullen vallen. Beproevingen kan God gebruiken om ons meer op Jezus te laten lijken.
Jakobus roept op om in lijden geduldig te zijn en moed te houden. Verlies niet het vertrouwen in Gods liefde en barmhartigheid en twijfel niet aan Hem.
Wijsheid
Maar de wijsheid die van boven is, is ten eerste rein, vervolgens vreedzaam, welwillend, voor rede vatbaar, vol barmhartigheid en goede vruchten, onpartijdig en ongeveinsd.
Jakobus 3:17 HSV
Er zijn twee soorten wijsheid, wijsheid van boven en wijsheid van beneden. God geeft ons wijsheid als wij erom vragen. Deze wijsheid brengt geen verdeeldheid, maar vrede en stelt ons in staat vol te houden in beproevingen.
Gebed
U bidt [wel], maar u ontvangt niet, omdat u verkeerd bidt, met het doel het in uw hartstochten door te brengen.
Jakobus 4:3 HSV
Verneder u voor de Heere, en Hij zal u verhogen.
Jakobus 4:10 HSV
Wanneer we bidden alleen uit eigenbelang, bidden we met een verkeerde houding en zal God ons gebed niet verhoren.
Rijkdom en armoede
Maar laat de broeder die nederig is, zich beroemen op zijn hoge staat, en de rijke in zijn nederige staat, want hij zal als een bloem in het gras voorbijgaan.
Jakobus 1:9-10 HSV
Armoede kan een geloofstest zijn, maar ook rijkdom kan een gelovige verleiden om meer met de wereld bezig te zijn.
Mijn broeders, heb het geloof in onze Heere Jezus Christus, [de Heere] der heerlijkheid, zonder aanzien des persoons.
Jakobus 2:1 HSV
Jakobus waarschuwt in hoofdstuk 2 tegen het voortrekken van rijken boven de armen en in hoofdstuk 5 roept hij rijken op tot berouw over hun zonden.
Nu dan, rijken, huil en jammer over al de ellende die u overkomt.
Jakobus 5:1-6 HSV
Uw rijkdom is vergaan en uw kleren zijn door de motten aangevreten.
Uw goud en zilver is verroest en hun roest zal een getuigenis tegen u zijn en uw vlees als een vuur verteren. U hebt schatten verzameld in de laatste dagen.
Zie, het loon van de arbeiders die uw velden gemaaid hebben, dat door u achtergehouden is, schreeuwt [tot God], en de jammerklachten van hen die geoogst hebben, zijn doorgedrongen tot de oren van de Heere van de hemelse legermachten.
U bent u aan weelde te buiten gegaan op de aarde en hebt [uw eigen] lusten gevolgd. U hebt uw hart gevoed als op de dag van de slacht.
U hebt de rechtvaardige veroordeeld en gedood [en] hij verzet zich niet tegen u.
Geloof
Geloof moet zichtbaar zijn in het dagelijks leven. Kenmerken van een dood geloof zijn volgens Jakobus: oppervlakkigheid en zelfmisleiding.
Wat voor nut heeft het, mijn broeders, als iemand zegt dat hij geloof heeft, en hij heeft geen werken? Kan dat geloof hem zalig maken?
Jakobus 2:14-17 HSV
Als er nu een broeder of zuster zonder kleding zou zijn en gebrek zou hebben aan dagelijks voedsel, en iemand van u zou tegen hen zeggen: Ga heen in vrede, word warm en word verzadigd, en u zou hun niet geven wat het lichaam nodig heeft, wat voor nut heeft dat [dan]?
Zo is ook het geloof als het geen werken heeft, in zichzelf dood.
De tong
U moet niet allemaal leermeesters [willen] zijn, mijn broeders. U weet immers dat wij [dan] een strenger oordeel zullen ontvangen.
Jakobus 3:1-2 HSV
Want wij struikelen allen in veel opzichten. Als iemand in woorden niet struikelt, is hij een volmaakt man, die bij machte is om ook het hele lichaam in toom te houden.
Vers 1 gaat over de grote verantwoordelijkheid van mensen die anderen iets wil leren in de gemeente. Jakobus is zelf ook leraar en spreekt daarom in de wij-vorm.
Jakobus vergelijkt in hoofstuk 3:3-7 de tong met een paardenbit en roer van een schip, met een vlam en met ontembare dieren. Hij wil dat ons innerlijk en uiterlijk met elkaar in overeenstemming zijn. Een christen kan niet God lofprijzen én de ander kwaad doen.
Apocalyptisch
Zalig is de man die verzoeking verdraagt, want als hij beproefd gebleken is, zal hij de kroon van het leven ontvangen, die de Heere beloofd heeft aan hen die Hem liefhebben.
(Jakobus 1:12 HSV)
Luister, mijn geliefde broeders, heeft God de armen van deze wereld niet uitverkoren [om] rijk [te zijn] in het geloof, en erfgenamen [te zijn] van het Koninkrijk, dat Hij beloofd heeft aan hen die Hem liefhebben?
Jakobus 2:5 HSV
Wees daarom geduldig, broeders, tot de komst van de Heere. Zie, de landbouwer verwacht de kostbare vrucht van het land, en heeft daarbij geduld, totdat het de vroege en late regen zal hebben ontvangen.
Jakobus 5:7-8 HSV
U moet ook geduldig zijn en uw hart versterken, want de komst van de Heere is nabij.
Paulus en Jakobus
Op het eerste gezicht lijkt de brieven van Paulus en de brief van Jakobus tegengesteld.
Wij komen dus tot de slotsom dat de mens door het geloof gerechtvaardigd wordt zonder werken van de wet.
Romeinen 3:28 HSV
Want zoals het lichaam zonder geest dood is, zo is ook het geloof zonder de werken dood.
Jakobus 2:26 HSV
Daarom is het belangrijk om goed naar de context te kijken.
Paulus schreef zijn brieven voor (gelovigen uit) de heidenen en Jakobus schreef zijn brief aan Joodse christenen. Paulus beschermde de heidenen tegen het Joodse wetticisme, maar Jakobus probeerde de Joden van het heidense vrijgevochten leven weg te houden. Dan hoeft het ons ook niet te verbazen, dat ze zich op een ander thema richten.
David Pawson – ‘Sleutels tot de Bijbel’
Jakobus wijst niet het ‘vertrouwen op genade alleen’ (van Paulus) af. Hij wijst alleen het verstandelijke aannemen van het evangelie, zonder dat ons leven verandert, af. Paulus zegt eigenlijk hetzelfde in Titus 1:16.
Wat voor nut heeft het, mijn broeders, als iemand zegt dat hij geloof heeft, en hij heeft geen werken? Kan dat geloof hem zalig maken?
Jakobus 2:14 HSV
Zij belijden dat zij God kennen, maar zij verloochenen [Hem] met [hun] werken, aangezien zij verfoeilijk zijn en ongehoorzaam en tot elk goed werk ongeschikt.
Titus 1:16 HSV
Mooi overzicht. Ik houd echt van dit boek. We zijn er tekst voor tekst doorheen gegaan met een studie. Dat was echt heel verrijkend. Ik wist niet dat hij net als Stephanus door de Joodse leiders was gedood