Waarom de achtergronden kennen?
Als we een Bijbeltekst of Bijbelgedeelte goed willen begrijpen is het belangrijk om je te verdiepen in de achtergrond of context ervan. Dan pas kunnen we begrijpen wat we lezen. Context houdt in alles wat er in die tijd gebeurde. De context is te verdelen in de literaire, historische en culturele/theologische context.
Schrijver van de brieven, Paulus
De brieven zijn geschreven door Paulus, aan Timotheüs:
Paulus, een apostel van Jezus Christus, overeenkomstig het bevel van God, onze Zaligmaker, en van de Heere Jezus Christus, onze hoop aan Timotheüs, [mijn] oprechte zoon in het geloof: genade, barmhartigheid [en] vrede zij u van God, onze Vader, en van Christus Jezus, onze Heere.
1 Timotheüs 1:1 HSV
Paulus, door de wil van God een apostel van Jezus Christus met het oog op de belofte van het leven dat in Christus Jezus is, aan Timotheüs, [mijn] geliefde zoon: genade, barmhartigheid [en] vrede [zij u] van God de Vader en van Christus Jezus, onze Heere.
2 Timotheüs 1:1 HSV
Er zijn twee mogelijkheden wat betreft de datering van de brieven. Ze kunnen zijn ongeveer 55 na Christus, toen Paulus uit Efeze naar Macedonë was gegaan, of rond 60 na Christus. De meeste onderzoekers gaan van het laatste uit. Het zijn (met de brief aan Titus) de laatste brieven die Paulus heeft geschreven voor zijn dood. De 1e brief aan Timotheüs en die aan Titus schreef hij in Macedonië en de 2e brief aan Timotheüs schreef hij vanuit de gevangenis in Rome.
Wie was Timotheüs?
Timotheüs kwam uit Lystra. Zijn moeder was Joods en zijn vader Grieks.
En hij kwam in Derbe en in Lystre aan. En zie, er was daar een zekere discipel van wie de naam Timotheüs was, de zoon van een gelovige Joodse vrouw, maar van een Griekse vader;
Handelingen 16:1 HSV
Hij is opgevoed door zijn gelovige moeder Loïs en grootmoeder Eunice. Zij hebben hem als kind al met de Schriften opgevoed. De Schriften dat was het Oude Testament, het Nieuwe Testament was er natuurlijk nog niet. Deze kennis van de Schriften kan Timotheüs later goed gebruiken. Paulus zet hem dan in voor de heidenen, omdat hij zoveel kennis van de Schriften had.
Daarbij herinner ik mij het ongeveinsde geloof dat in u is [en] dat eerst gewoond heeft in uw grootmoeder Loïs en in uw moeder Eunice. En ik ben [ervan] overtuigd dat het ook in u [woont.]
2 Timotheüs 1:5 HSV
en u van jongs af de heilige Schriften kent, die u wijs kunnen maken tot zaligheid, door het geloof dat in Christus Jezus is.
2 Timotheüs 3:15 HSV
Paulus en Timotheüs
Toen Paulus tijdens zijn tweede zendingsreis in Lystra was heeft hij Timotheüs meegenomen als medewerker. De gemeente in Lystra had hem aanbevolen als zijn mogelijke opvolger. Hij was een trouw en kreeg moeilijke taken toegewezen. Hij was een rustig persoon en had soms wat aanmoediging nodig van Paulus. Ook had hij last van buikklachten, daarom gaf Paulus hem het advies om af en toe een kleine hoeveelheid wijn te drinken.
Paulus wilde dat die met hem mee zou gaan; en hij nam [hem bij zich] en besneed hem omwille van de Joden die in die plaatsen woonden, want zij wisten allen dat zijn vader een Griek was.
Handelingen 16:3 HSV
Paulus en Timotheüs waren aan elkaar gehecht. Paulus noemt hem meerdere keren zijn (geestelijke) ‘zoon’.
Daarom heb ik Timotheüs naar u toe gestuurd, die mijn geliefde en trouwe zoon is in de Heere. Hij zal u in herinnering brengen mijn wegen, die in Christus zijn, zoals ik overal in elke gemeente onderwijs.
1 Korinthe 4:17 HSV
Dit gebod leg ik u op, [mijn] zoon Timotheüs, in overeenstemming met de profetieën die voorheen over u uitgesproken zijn, opdat u in deze dingen de goede strijd strijdt.
1 Timotheüs 1:18 HSV
Timotheüs was ook betrokken bij het schrijven van de schrijven van de brieven aan de Filippenzen, de Kolossenzen en de brieven aan de Tessalonicenzen.
Pastorale brieven
De eerste en tweede brief aan Timotheüs en de brief aan Titus worden ook wel pastorale brieven genoemd, omdat ze praktische aanwijzingen geven voor het functioneren van een plaatselijke gemeente. De meeste brieven van Paulus zijn gericht aan een gemeente, deze brieven zijn gericht aan een persoon. Paulus heeft bij het schrijven wel de hele gemeente van Efeze op het oog.